Wet van 21 december 1994, tot wijziging van de Wet ter bevordering van de werkgelegenheid
voor werkzoekenden die zeer langdurig werkloos zijn
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Wet ter bevordering
van de werkgelegenheid voor werkzoekenden die zeer langdurig werkloos zijn te wijzigen
teneinde te komen tot een meer preventieve en doelmatige inzet van de premievrijstelling;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: