Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 28 juni 1994, nr. R 175817, Hoofddirectie van de Waterstaat, Hoofdafdeling Bestuurlijke en Juridische Zaken;
Gelet op de artikelen 5, 8, 9, 10, 17, 21, 22 en 23 van de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993;
De Raad van State gehoord (advies van 5 september 1994, nr. W09.94.0408);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 11 november 1994, nr. R 184777, Hoofddirectie van de Waterstaat, Hoofdafdeling Bestuurlijke en Juridische Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan: