Aanwijzingen tarievenbeleid en tarievenbudgetbeleid 1993 (fysiotherapeuten)

[Regeling materieel uitgewerkt per 01-10-2006.]
Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 01-05-1993 t/m heden

Aanwijzing ex artikel 14 Wet tarieven gezondheidszorg inzake het tarievenbeleid 1993 voor de fysiotherapeuten

De Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur, en de Minister van Economische Zaken,

Overwegende dat de algemene financieel-economische situatie noopt tot beheerste kostenontwikkeling in de gezondheidszorg;

Overwegende dat de aanvaardbaar geachte kostenontwikkelingen, zowel de trendmatige als structurele, jaarlijks in het Financieel Overzicht Zorg (FOZ) tot uitdrukking worden gebracht;

Overwegende dat voor 1993 volgens bestendige FOZ-systematiek bij het bepalen van het aanvaardbare kostenniveau rekening is gehouden met voorlopige nominale ontwikkelingen (loon- en prijsbijstellingen) en autonome ontwikkelingen;

Overwegende dat, op basis van een in het kader van het opstelling van het FOZ bestendig gebruikte systematiek, is vastgesteld dat bij ongewijzigd beleid het totaal van de in rekening gebrachte tarieven door de vrijgevestigde fysiotherapeuten, werkzaam in de particuliere praktijk, in 1993 f 15 mln meer zou bedragen dan aanvaardbaar wordt geacht;

Overwegende dat in de Wet tarieven gezondheidszorg, (Stb. 1980, 646) laatstelijk gewijzigd bij Wet van 20 november 1991, is vastgelegd dat richtlijnen ook kunnen zijn gericht op de afhankelijkheid tussen de hoogte van tarieven en het totaal van in enige periode in rekening gebrachte, dan wel te brengen tarieven;

Overwegende dat de verwachting niet is gewettigd dat de Vereniging van Vrijgevestigde Fysiotherapeuten, het Kontaktorgaan Landelijke Organisaties van Ziektekostenverzekeraars en de Kontaktcommissie Publiekrechtelijke Ziektekostenregelingen voor ambtenaren, gezamenlijk tot voorstellen zullen komen voor de noodzakelijk geachte correctie om overschrijding van de kosten in 1993 met f 15 mln te voorkomen;

Gelet op artikel 14 van de Wet tarieven gezondheidszorg.

Gehoord het Centraal orgaan tarieven gezondheidszorg (advies van 22 oktober 1992, kenmerk HV/th/A/92/074) vastgesteld in de vergadering van 19 oktober 1992;

Na schriftelijke mededeling te hebben gedaan aan de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal (brief van 27 oktober 1992, kenmerk VMP/O-922852);

Besluiten:

  • 1 Aan het Centraal orgaan tarieven gezondheidszorg wordt de in de bijlage bij dit besluit neergelegde aanwijzing als bedoeld in artikel 14 van de Wet tarieven gezondheidszorg (Stb. 1980, 646), gegeven, betrekking hebbend op de in de vrijgevestigde praktijk werkzame fysiotherapeuten.

  • 2 Dit besluit met bijbehorende bijlage wordt in de Staatscourant geplaatst.

De

Staatssecretaris

van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur,

Hans J. Simons

De

Minister

van Economische Zaken,

J.E. Andriessen

Aanwijzing op grond van artikel 14 van de Wet tarieven gezondheidszorg

De werkingssfeer van deze aanwijzing strekt zich uit tot de in artikel 1, onder B, onder nummer 7 van het Besluit werkingssfeer Wet tarieven gezondheidszorg 1992 (Stb. 1991, 732) als orgaan voor gezondheidszorg aangewezen personen (fysiotherapeuten) en tot de in artikel 1, onder A, onder nummer 32 van genoemd besluit aangewezen instellingen, in het kader waarvan gezondheidszorgprestaties worden geleverd door fysiotherapeuten en waarvan de werkzaamheden uitsluitend of in hoofdzaak daarop zijn gericht.

Voor de fysiotherapie geleverd door vrijgevestigde fysiotherapeuten ten behoeve van particulier verzekerden, is het aanvaardbaar kostenniveau van het totaal van de in rekening te brengen tarieven over het jaar 1993 maximaal f 363 mln (exclusief definitieve loon- en prijsbijstellingen). Het genoemde bedrag is vastgesteld op basis van de bestendig gebruikte systematiek bij het opstellen van het Financieel Overzicht Zorg. Uitgaande van ongewijzigd beleid en een gelijkblijvend volume ten opzichte van 1991, zou het totaal van de in rekening te brengen tarieven voor hulp verleend door fysiotherapeuten aan particulier verzekerden in 1993 f 15 mln meer bedragen dan het hierboven genoemde aanvaardbare niveau ad f 363 mln. Daarom dienen onder handhaving van de aanwijzing d.d. 31-01-1992, zodanige richtlijnen te worden vastgesteld dat voor de periode van het jaar 1993, meerwaartse aanpassing van de betrokken tarieven de genoemde 15 mln bewerkstelligen.

In de bedoelde richtlijnen dient op basis van artikel 14 lid 1, wtg opgenomen te worden dat het Centraal orgaan tarieven gezondheidszorg de betreffende tarieven ambtshalve vaststelt. Bij deze vaststelling dient vermeden te worden dat het tarief te vaak wijziging ondergaat.

Tenzij betrokken partijen inzake bedoelde richtlijnen anders voorstellen en het COTG daartoe besluit, neemt het COTG een generieke tariefmaatregel.

Naar boven