Instelling commissie beveiliging gevangeniswezen
De Staatssecretaris van Justitie,
overwegende: dat aan hem de zorg voor een ongestoorde tenuitvoerlegging van vrijheidsstraffen
en -maatregelen is opgedragen;
dat een adequaat beveiligingsbeleid voor de ongestoorde tenuitvoerlegging een onmisbare
voorwaarde is;
dat het beveiligingsbeleid wordt uitgevoerd in samenhang met de andere detentiedoelen
en met inachtneming van de rechtspositie van de gedetineerde, waarbij de mate van
dominantie van de beveiliging wordt bepaald door de mate van vluchtgevaarlijkheid
van de gedetineerde en de detentiefase, waarin de betrokkene zich bevindt;
dat de ontwikkelingen binnen criminaliteit en straftoemeting ertoe hebben geleid dat
in de penitentiaire inrichtingen in Nederland in toenemende mate gedetineerden verblijven
die extra beveiliging behoeven vanwege hun aanwijsbaar groot vluchtrisico;
dat het beleid met betrekking tot de beveiliging van de hier bedoelde categorie gedetineerden
binnen het gevangeniswezen zich voortdurend verder heeft ontwikkeld;
dat het in het kader van deze beleidsontwikkeling voor het departement van Justitie
van belang is te beschikken over een evaluatie van het beveiligingsbeleid, zoals dat
tot dusverre in het Nederlandse gevangeniswezen wordt gevoerd: