Beschikking Commissie Begeleiding Scholing en Herplaatsing AOC-boventalligen

[Regeling vervallen per 23-12-2004.]
Geraadpleegd op 23-04-2024.
Geldend van 19-12-1990 t/m 22-12-2004

Beschikking Commissie Begeleiding Scholing en Herplaatsing AOC-boventalligen

De minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

Gelet op de wenselijkheid de scholing en herplaatsing van personeelsleden die ten gevolge van fusieprocessen in het lager en middelbaar landbouwonderwijs nu reeds boventallig zijn geworden, te begeleiden:

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 23-12-2004]

Deze regeling verstaat onder:

de minister: de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

instelling: openbare of uit de openbare kas bekostigde bijzondere school voor lager en middelbaar beroepsonderwijs als bedoeld in de artikelen 15 en 16, eerste lid, van de Wet op het Voortgezet Onderwijs (Stb. 1986, 552) betrekking hebbend op het lager en middelbaar Landbouwonderwijs, alsmede openbaar of uit de openbare kas bekostigd bijzonder instituut als bedoeld in artikel 1 van het Besluit proefprojecten nieuw vervolg./beroepsonderwijs (Stb. 1980, 283) betrekking hebbend op het volletijd kort middelbaar Landbouwonderwijs;

landelijke coördinatiepunt: bureau, belast met de uitvoering van het scholings- en herplaatsingsbeleid zoals vastgesteld door de Commissie bedoeld in artikel 2, eerste lid;

belanghebbende: 1. degene, die op 31 juli 1988 in dienst is van een instelling, zolang hij aan die instelling dan wel aan een andere instelling ononderbroken blijft verbonden:

  • 1. degene, die op 31 juli 1989 in dienst is van een instelling, zolang hij aan die instelling dan wel aan een andere instelling ononderbroken blijft verbonden;

  • 2. degene, die op 31 juli 1990 in dienst is van een instelling, zolang hij aan die instelling dan wel aan een andere instelling ononderbroken blijft verbonden:

  • 3. degene, die op 31 juli 1990 in dienst is van een instelling, zolang hij aan die instelling dan wel aan een andere instelling ononderbroken blijft verbonden en die recht heeft op herplaatsing en omscholing:

de commissie: Commissie begeleiding scholing en herplaatsing van AOC-boventalligen, bedoeld in artikel 2, eerste lid;

besturenorganisaties: bestuursorganisaties zoals bedoeld in artikel IV B.

vierde lid, van het Rechtspositiebesluit Onderwijs (Stb. 1985, 148):

personeelsorganisatie: personeelsorganisaties zoals bedoeld in artikel IV A, vierde lid, van het Rechtspositiebesluit Onderwijs (Stb. 1985, 148).

Artikel 2

[Regeling vervallen per 23-12-2004]

  • 1 Er is een Commissie begeleiding, scholing en herplaatsing van AOC-boventalligen, die is gevestigd te 's-Gravenhage.

  • 2 De commissie is werkzaam tot 1 augustus 1993.

  • 3 De commissie heeft tot taak de vaststelling van het beleid inzake de scholing en herplaatsing van belanghebbenden, begeleiding van de uitvoering van het door de Commissie vastgestelde beleid, alsmede bemiddeling in conflicten tussen bij de scholing en herplaatsing betrokken belanghebbenden, instellingen en het landelijke coördinatiepunt.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 23-12-2004]

  • 1 De commissie bestaat uit 10 leden, waarvan 4 leden worden voorgedragen door de besturenorganisatie, 4 leden door de personeelsorganisatie en 2 leden worden aangewezen door de minister. De commissie wijst uit haar midden een voorzitter aan.

  • 2 De leden van de commissie worden benoemd, geschorst en ontslagen door de minister.

  • 3 De commissie wordt bijgestaan door een ambtelijke secretaris die door de minister wordt benoemd. De minister benoemt tevens een plaatsvervangend secretaris.

  • 4 Door de commissie wordt de wijze vastgesteld, waarop zij haar werkzaamheden verricht. De leden handelen daarbij zonder last of ruggespraak.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 23-12-2004]

  • 1 De belanghebbende, of een bij de scholing en herplaatsing betrokken instelling, kan bij de voorzitter van de commissie schriftelijk een met redenen omkleed verzoek tol bemiddeling indienen, wanneer met betrekking tot de scholing een geschil ontstaat tussen hem en het bevoegd gezag dan wel tussen hem en het landelijke coördinatiepunt.

  • 2 Het resultaat van de bemiddeling als bedoeld in het eerste lid wordt uiterlijk 30 dagen nadat het verzoek daartoe de commissie heeft bereikt, schriftelijk aan de verzoeker zoals bedoeld in het eerste lid van dit artikel kenbaar gemaakt.

  • 3 De voorzitter van de commissie zendt een afschrift van de kennisgeving als bedoeld in het tweede lid van dit artikel aan het bevoegd gezag van de instelling en het landelijke coördinatiepunt.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 23-12-2004]

Het Vacatiegeldenbesluit 1988 (Stb. 1988, 205) categorie algemeen en het Reisbesluit 1971 (Stb. 1970, 602) zijn op de leden van de commissie van toepassing tenzij reeds een andere faciliteitenregeling op hen van toepassing is.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 23-12-2004]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag van haar bekendmaking in de Staatscourant en werkt terug tot 1 augustus 1990.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 23-12-2004]

Zij kan worden aangehaald als: Beschikking Commissie Begeleiding Scholing en Herplaatsing AOC-boventalligen.

's-Gravenhage, 13 december 1990

De

minister

van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij.
voor deze:
De

secretaris-generaal

,

T. H. J. Joustra

Naar boven