Beschikking toekenning aanvullende referentiehoeveelheden

[Regeling vervallen per 24-01-2004.]
Geraadpleegd op 18-04-2024.
Geldend van 14-02-1990 t/m 23-01-2004

Beschikking toekenning aanvullende referentiehoeveelheden

De minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

Overwegende dat ingevolge Vo (EEG) nr. 3880/89 van de Raad van de Europese Gemeenschappen (PbEG L378) aanvullende of specifieke referentiehoeveelheden zijn toegepast ten behoeve van voorzieningen voor specifieke groepen;

dat het derhalve thans in de rede ligt de verhoging van het nationale quotum ten goede te laten komen van alle producenten;

Gelet op de artikelen 13, 19 en 23 van de Landbouwwet (Stb. 1957,342);

Gehoord het Produktschap voor Zuivel en het Landbouwschap;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 24-01-2004]

  • 1 Deze beschikking neemt over de begrippen van de Beschikking superheffing 1988 (Stcrt. 64).

  • 2 Onder “de beschikking” wordt in deze beschikking verstaan: Beschikking superheffing 1988.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 24-01-2004]

  • 1 Aan producenten die aanspraak hebben op een refererentiehoeveelheid, als bedoeld in artikel 6 van de Beschikking, anders dan verkregen door een tijdelijke overdracht als bedoeld in par. 5A van de beschikking of een tijdelijke uitwisseling, als bedoeld in artikel 9 van de beschikking dan wel op een specifieke referentiehoeveelheid niet zijnde een heffingvrije hoeveelheid, als bedoeld in de Beschikking superheffing SLOM-deelnemers (Stcrt. 1989, 94), wordt een aanvullende referentiehoeveel toegewezen.

  • 2 Deze aanvullende referentiehoeveelheid bedraagt 1,09% van de in het eerste lid bedoelde referentiehoeveelheid of specifieke referentiehoeveelheid waarop de producent aan het eind van de heffingsperiode 1989/1990 aanspraak heeft.

  • 3 Het produktschap is belast met de berekening van de aanvullende referentiehoeveelheden.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 24-01-2004]

  • 2 Deze beschikking treedt in werking op de dag van publikatie in de Staatscourant en werkt terug tot 2 april 1989.

's-Gravenhage, 13-02-1990

De

minister

van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

G. J. M. Braks

Naar boven