Regeling instelling en werkwijze provinciale commissies beheer landbouwgronden

[Regeling vervallen per 21-10-2007.]
Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 25-02-2005 t/m 20-10-2007

Regeling instelling en werkwijze provinciale commissies beheer landbouwgronden

De minister van Landbouw en Visserij,

Gelet op artikel 6 van het Besluit houdende voorschriften betreffende de samenstelling en de werkwijze van de Commissie Beheer Landbouwgronden (Stb. 1981, 677);

Gehoord de Commissie Beheer Landbouwgronden,

Besluit:

Paragraaf 1. Provinciale commissies beheer landbouwgronden

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

  • 1 Er is in iedere provincie een provinciale Commissie Beheer Landbouwgronden, verder te noemen provinciale commissie.

  • 2 De provinciale commissie is belast met:

    • a. het verrichten van de haar bij de Regeling beheersovereenkomsten en natuurontwikkeling opgedragen werkzaamheden;

    • b. het verrichten van de haar bij de Regeling begrenzing natuurontwikkelingsprojecten (Stcrt. 28-6-1991) opgedragen werkzaamheden;

    • c. het verrichten van werkzaamheden ten behoeve van de Commissie Beheer Landbouwgronden;

    • d. het verrichten van andere door de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij opgedragen werkzaamheden.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

  • 1 De provinciale commissie bestaat uit dertien door het college van gedeputeerde staten te benoemen leden, te weten:

    • a. één lid tevens voorzitter, bij voorkeur uit het college van gedeputeerde staten;

    • b. drie leden, op voordracht de drie Centrale Landbouw Organisaties gezamenlijk;

    • c. één lid, op voordracht van de twee organisaties van agrarische werknemers gezamenlijk;

    • d. twee leden, op voordracht van de in de Commissie Beheer Landbouwgronden vertegenwoordigde particuliere terreinbeherende natuurbeschermingsorganisaties gezamenlijk, alsmede één lid op voordracht van de provinciale milieufederatie;

    • e. één lid, op voordracht van de provinciale afdeling van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten;

    • f. één lid, op voordracht van de Provinciale Waterschapsbond;

    • g. één ambtenaar van de provinciale overheid;

    • h. de regiodirecteur van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

    • i. de inspecteur van het Inspectoraat-Generaal VROM in de betrokken regio.

  • 2 De regiodirecteur van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en het hoofd beheer landbouwgronden vervullen de functie van secretaris, onderscheidenlijk adjunct-secretaris, van de provinciale commissie.

  • 3 De provinciale commissie heeft zeven door het college van gedeputeerde staten te benoemen adviserende leden, te weten:

    • a. de secretaris van de Gewestelijke Raad van het Landbouwschap;

    • b. één ambtenaar van de provinciale overheid;

    • c. de consulent Natuur, Milieu en Faunabeheer;

    • d. de Consulent Landbouw.

    • e. de inspecteur Landinrichting;

    • f. een regiohoofd van het Staatsbosbeheer;

    • g. één lid op voordracht van de in het eerste lid bedoelde leden gezamenlijk.

  • 4 De leden als bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met g, alsmede de adviserende leden als bedoeld in het derde lid, onder b en g, worden in overeenstemming met de Commissie Beheer Landbouwgronden benoemd.

  • 5 Voor elk lid wordt door het college van gedeputeerde staten een plaatsvervanger benoemd.

  • 6 De leden kiezen uit hun midden een plaatsvervangend voorzitter.

  • 7 De adviserende leden, bedoeld in het derde lid, onder a en c-f kunnen zich doen vervangen door een door hen aan te wijzen persoon. Het adviserend lid, bedoeld in het derde lid, onder b kan zich doen vervangen door een door hem aan te wijzen persoon, voor zover deze mogelijkheid voortvloeit uit het benoemingsbesluit ex vierde lid.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

Het lidmaatschap van de provinciale commissie is onverenigbaar met dat van de Commissie Beheer Landbouwgronden.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

  • 1 De ingevolge artikel 2 door gedeputeerde staten te benoemen leden, plaatsvervangende leden en adviserende leden, worden benoemd voor een zittingsperiode van vijf jaren, doch uiterlijk totdat zij de leeftijd van vijfenzestig jaren hebben bereikt.

  • 2 Degene die de plaats inneemt van een lid, plaatsvervangend lid of adviserend lid, wiens zittingsperiode nog niet verstreken was, heeft zitting tot het einde van deze zittingsperiode.

  • 3 Een plaatsvervangend lid heeft zitting gedurende dezelfde periode als het lid dat hij kan vervangen zitting heeft.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

De voorzitter of namens deze de secretaris roept de vergadering bijeen zo dikwijls als hij dit wenselijk acht of ten minste drie leden dit schriftelijk verzoeken.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

Alle vergaderingen met uitzondering van die, welke naar het oordeel van de voorzitter een spoedeisend karakter dragen, worden met inachtneming van een termijn van ten minste 10 dagen uitgeschreven onder opgave van de te behandelen punten.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

  • 1 De provinciale commissie geeft van elke vergadering kennis aan gedeputeerde staten en aan de secretaris van de Commissie Beheer Landbouwgronden.

  • 2 De in het eerste lid bedoelde kennisgeving geschiedt, onder toezending van de agenda met bijbehorende stukken, zo tijdig mogelijk doch, behoudens in spoedeisende gevallen, ten minste 10 dagen voordat de vergadering wordt gehouden.

  • 3 Een lid van gedeputeerde staten en de secretaris van de Commissie Beheer Landbouwgronden kunnen aan de vergadering deelnemen.

  • 4 Op verzoek van gedeputeerde staten kan op ieder moment overleg met de provinciale commissie plaatsvinden.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

De secretaris van de provinciale commissie legt in het verslag vast hetgeen in de vergadering is behandeld. Dit verslag maakt deel uit van de bij de agenda van de eerstvolgende vergadering behorende stukken.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

De secretaris van de provinciale commissie zendt een afschrift van alle correspondentie met derden aan gedeputeerde staten en aan de secretaris van de Commissie Beheer Landbouwgronden.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

In een advies van de provinciale commissie wordt melding gemaakt van een afwijkend oordeel van één of meer leden of plaatsvervangende leden, alsmede van een afwijkend advies van één of meer van de adviserende leden.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

De leden, plaatsvervangende en adviserende leden zijn tot geheimhouding verplicht ten aanzien van hetgeen hen uit hoofde van hun functie ter kennis komt en waarvan zij het vertrouwelijk karakter kennen of redelijkerwijs moeten vermoeden.

Paragraaf 2. Sub-commissies

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

Artikel 12

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

  • 1 Iedere provinciale commissie kan een of meer sub-commissies instellen die belast worden met de voorbereiding en de ondersteuning van de haar in artikel 1, tweede lid, opgedragen werkzaamheden.

  • 2 Iedere provinciale commissie stelt een sub-commissie in die belast is met:

    • a. de advisering van de Commissie Beheer Landbouwgronden omtrent aanvragen tot uitgifte in erfpacht van landbouwgronden als bedoeld in artikel 57 van de Wet agrarisch grondverkeer (Stb. 1981, 248);

    • b. de advisering van het bureau omtrent de toewijzing bij de verkoop door middel van openbare inschrijving van gronden die in eigendom aan het bureau toebehoren.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

  • 1 Ten behoeve van het verrichten van de werkzaamheden als bedoeld in artikel 12, eerste lid, kunnen ten hoogste drie personen die in een gebied met betrekking waartoe deze werkzaamheden worden verricht woonachtig zijn, dan wel uit hoofde van hun functie op beroepsuitoefening bijzondere kennis van dit gebied hebben, aan deze werkzaamheden deelnemen.

  • 2 In bijzondere gevallen kunnen gedeputeerde staten, gehoord de Commissie Beheer Landbouwgronden, op verzoek van de provinciale commissie het in het eerste lid genoemde aantal personen uitbreiden.

  • 3 Voor elk van de in het eerste en tweede lid bedoelde personen kan een plaatsvervanger worden aangewezen.

  • 5 Het hoofd beheer landbouwgronden vervult de functie van secretaris van een sub-commissie ingesteld op grond van artikel 12, eerste lid.

  • 6 de regiodirecteur van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij vervult de functie van secretaris van een sub-commissie ingesteld op grond van artikel 12, tweede lid.

Artikel 14

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

De provinciale commissie stelt een instructie op voor iedere sub-commissie.

Artikel 15

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

Het bepaalde in de artikelen 5 tot en met 11 is op een sub-commissie van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

  • 1 De beschikking van 2 december 1982, nr. J. 6828 (Stcrt. 236) wordt ingetrokken.

  • 2 Onverminderd het bepaalde in het eerste lid blijven de provinciale commissie onderscheidenlijk de subcommissies, die op grond van de in het eerste lid aangehaalde beschikking zijn benoemd in functie tot het moment van benoeming, als bedoeld in artikel 2, onderscheidenlijk het moment van instelling als bedoeld in artikel 12.

Artikel 17

[Regeling vervallen per 21-10-2007]

  • 1 Deze regeling kan worden aangehaald als: Regeling instelling en werkwijze provinciale commissies beheer landbouwgronden.

  • 2 Zij wordt gepubliceerd in de Staatscourant en treedt in werking te rekenen vanaf de dag na die van haar bekendmaking in de Staatscourant.

's-Gravenhage, 20 juli 1988

De

minister

van Landbouw en Visserij,
Voor deze,
De

secretaris-generaal

,

T. H. J. Joustra

Naar boven