Toekenning Frans ‘avoir fiscal’ respectievelijk Britse ‘tax credit’ aan in Nederland wonende of gevestigd zijnde aandeelhouders

[Regeling vervallen per 29-10-2006 met terugwerkende kracht tot en met 17-10-2006.]
Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 28-01-1980 t/m 16-10-2006

Toekenning Frans ‘avoir fiscal’ respectievelijk Britse ‘tax credit’ aan in Nederland wonende of gevestigd zijnde aandeelhouders

1. Inleiding

[Regeling vervallen per 29-10-2006 met terugwerkende kracht tot en met 17-10-2006]

Nederland hanteert met betrekking tot winstuitdelingen door een in Nederland gevestigd lichaam het zogenaamde ‘klassieke stelsel’. Dit houdt in dat, nadat over de behaalde winst vennootschapsbelasting bij het lichaam is geheven, dat deel van de winst dat wordt uitgedeeld, behoudens de toepassing van de deelnemingsvrijstelling, nogmaals bij de aandeelhouders wordt belast.

Een aantal landen heeft evenwel in de afgelopen jaren een zogenaamd verrekeningsstelsel ingevoerd. In dit stelsel – dat in een aantal varianten voorkomt – kan de vennootschapsbelasting die kan worden toegerekend aan de winst waaruit door een lichaam uitdelingen worden gedaan, geheel of gedeeltelijk worden verrekend met de belasting die door de aandeelhouders is verschuldigd terzake van de door het lichaam betaalde dividenden.

Zowel het in Frankrijk geldende stelsel als het stelsel dat per 6 april 1973 in het Verenigd Koninkrijk is ingevoerd, vormen varianten van dit verrekeningsstelsel.

Beide varianten hebben gemeen dat zij in beginsel slechts toepassing vinden ten aanzien van in Frankrijk, respectievelijk het Verenigd Koninkrijk wonende of gevestigde aandeelhouders.

Toepassing in enigerlei vorm ten aanzien van niet in Frankrijk c.q. het Verenigd Koninkrijk wonende of gevestigde aandeelhouders is slechts mogelijk indien een overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting daarin voorziet.

Mede in verband hiermede is tussen Nederland en Frankrijk op 16 maart 1973 een nieuwe Overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting gesloten, die onder meer in de toekenning van een ‘avoir fiscal’ aan inwoners van Nederland voorziet. Voorts is de Nederlands-Britse Overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting van 1967 gewijzigd bij het Protocol van 22 maart 1977. Dit Protocol voorziet in de toekenning van een ‘tax credit’ aan inwoners van Nederland.

Ter bevordering van een juiste aanslagregeling van de in Nederland wonende of gevestigde aandeelhouders van Franse resp. Britse vennootschappen wordt in het hiernavolgende een uiteenzetting gegeven van het Franse resp. Britse stelsel en van de consequenties die daaruit voor de Nederlandse belastingheffing voortvloeien in het licht van de hiervoor genoemde overeenkomsten tot het vermijden van dubbele belasting.

2. Frankrijk, toekenning ‘avoir fiscal’ aan inwoners van Nederland

[Regeling vervallen per 29-10-2006 met terugwerkende kracht tot en met 17-10-2006]

a. Het Franse stelsel

[Regeling vervallen per 29-10-2006 met terugwerkende kracht tot en met 17-10-2006]

In het Franse stelsel wordt bij uitdeling aan een in Frankrijk wonende aandeelhouder in principe de helft van de door een lichaam betaalde vennootschapsbelasting (tarief thans 50%) die aan de uitdeling kan worden toegerekend, verrekend met de door de aandeelhouder verschuldigde inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting. Dit ‘avoir fiscal’ wordt zelf ook als dividend aangemerkt. In cijfers werkt een en ander als volgt:

winst

400

 

vennootschapsbelasting -/-

200

 

beschikbaar voor uitdeling

200

 

gereserveerd

100

 

uitdeling

100

 

daaraan verbonden ‘avoir fiscal’

50

(50% van de uitdeling)

aandeelhouder geeft aan

150

 

en kan verrekenen

50

 

De toekenning van het ‘avoir fiscal’ is nauw verbonden met integrale belastingheffing van de aan de dividenden ten grondslag liggende winst in Frankrijk. Op de bestanddelen van de winst die, bijvoorbeeld omdat deze uit het buitenland afkomstig zijn, niet aan Franse vennootschapsbelasting zijn onderworpen, wordt bij uitdeling een compenserende heffing gelegd. Deze heffing, ter grootte van 1/3 van de uitdeling, wordt ‘précompte’ genoemd.

Aandeelhouders die geen recht hebben op het ‘avoir fiscal’ kunnen aanspraak maken op teruggaaf van de te hunnen laste gekomen ‘précompte’.

b. Toepassing ten aanzien van inwoners van Nederland

[Regeling vervallen per 29-10-2006 met terugwerkende kracht tot en met 17-10-2006]

De toekenning van het Franse ‘avoir fiscal’ aan in Nederland wonende aandeelhouders is geregeld in artikel 10 van de Nederlands-Franse Overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting van 1973. De Franse voorschriften tot uitvoering van de Overeenkomst zijn opgenomen in het boekwerk IFZ onder nr. 101.00.70. Voorts is een bijzondere regeling, geldend voor in Nederland gevestigde beleggingsinstellingen en pensioen- en spaarfondsen, opgenomen in boekwerk IFZ onder nr. 101.00.71.

Ingevolge het bepaalde in artikel 10, derde lid, van de Overeenkomst krijgen inwoners van Nederland ter zake van dividenden waaraan voor inwoners van Frankrijk een ‘avoir fiscal’ zou zijn verbonden, onder bepaalde voorwaarden recht op een betaling door de Franse schatkist ter grootte van het ‘avoir fiscal’. Op deze betaling hebben recht de volgende inwoners van Nederland:

  • natuurlijke personen: op dividend en ‘avoir fiscal’ tezamen wordt 15% Franse bronbelasting ingehouden (formulier RF 1);

  • lichamen, die ter zake van de dividenden aan Nederlandse vennootschapsbelasting zijn onderworpen (in het algemeen dus een deelneming houden van minder dan 5%): op dividend en ‘avoir fiscal’ tezamen wordt 15% Franse bronbelasting ingehouden (formulier RF 1);

  • beleggingsinstellingen, spaar- en pensioenfondsen, onder bepaalde voorwaarden (formulier RF 6).

Inwoners van Nederland die geen recht kunnen doen gelden op betaling van het ‘avoir fiscal’ – met name dus lichamen bij wie de Franse dividenden onder de deelnemingsvrijstelling vallen – hebben in voorkomende gevallen recht op teruggaaf van de te hunnen laste gekomen ‘précompte’ (artikel 10, vierde lid, van de Overeenkomst). De Franse belasting over dividend en précompte tezamen bedraagt 15%, indien de deelneming minder bedraagt dan 25%, en 5% bij een deelneming van 25% of meer (formulier RF 2).

De regeling vindt toepassing met betrekking tot dividenden die op of na 29 maart 1974 zijn betaald.

c. De belastingheffing in Nederland

[Regeling vervallen per 29-10-2006 met terugwerkende kracht tot en met 17-10-2006]

Voor de Nederlandse belastingheffing behoren zowel het dividend als de betaling van het daarop betrekking hebbende ‘avoir fiscal’, respectievelijk de terugbetaling van de ‘précompte’, tot de opbrengst van de aandelen. Voor zover de deelnemingsvrijstelling geen toepassing vindt wordt de Franse bronbelasting – binnen de in artikel 24, onder A, derde lid van de Overeenkomst, neergelegde grenzen – met de Nederlandse belasting verrekend.

De in Nederland wonende aandeelhouder die een Frans dividend ontvangt van 100, waaraan verbonden een ‘avoir fiscal’-betaling van 50 zal uiteindelijk netto ontvangen: (100 + 50) – 15% van (100 + 50) = 127,50. Hij dient in totaal aan te geven 150 en kan (maximaal) met zijn Nederlandse belasting verrekenen 22,50.

In de praktijk kan echter tussen uitbetaling van het dividend en de betaling van het ‘avoir fiscal’ zo veel tijd verlopen, dat dividend en ‘avoir fiscal’ niet in hetzelfde jaar tot uitkering komen. Daar komt bij dat de Franse fiscus van het oorspronkelijke dividend ad 100 aanvankelijk niet 15%, maar het nationale tarief ad 25% inhoudt. Het te veel ingehoudene wordt op een daartoe strekkend verzoek (formulier RF 1), tegelijk met de betaling van het ‘avoir fiscal’, gerestitueerd.

Voorbeeld:

   

jaar (x)

betaling bruto dividend

 

100

Franse bronbelasting

 

25

netto

 

75

     

via indiening formulier RF 1:

   
   

jaar (x + 1)

‘avoir fiscal’-betaling

 

50

Franse bronbelasting [15% van (100 + 50)]

22,50

 

reeds ingehouden bronbelasting

25,00

2,5

netto

 

52,5

Betrokkene ontvangt derhalve netto: in jaar (x) 75, in jaar (x + 1) 52,50, totaal 127,50.

Een en ander heeft de volgende consequenties:

  • a. in jaar (x) dient te worden belast 100 en wordt verrekend maximaal 15.

  • b. in jaar (x + 1) dient te worden belast 50 en wordt verrekend maximaal 7,5.

3. Het Verenigd Koninkrijk, toekenning ‘tax credit’ aan inwoners van Nederland

[Regeling vervallen per 29-10-2006 met terugwerkende kracht tot en met 17-10-2006]

a. Het Britse stelsel

[Regeling vervallen per 29-10-2006 met terugwerkende kracht tot en met 17-10-2006]

Met ingang van 6 april 1973 geldt ook in het Verenigd Koninkrijk een variant van het verrekeningsstelsel. In deze variant draagt een in het Verenigd Koninkrijk gevestigd lichaam terzake van dividenduitkeringen een bedrag af aan de Britse fiscus. Dit bedrag – voor het Britse belastingjaar 1979/1980 30/70 van het dividend – wordt, zoals ook al blijkt uit de benaming ‘advance corporation tax’ (ACT), bij het lichaam dat het dividend betaalt, in principe met de door deze over haar winst verschuldigde vennootschapsbelasting verrekend. Tegelijkertijd fungeert de door het lichaam betaalde ‘ACT’ echter als een vooruitbetaling (‘tax credit’) van de belasting die de aandeelhouder verschuldigd is. In verband hiermede dient de in het Verenigd Koninkrijk wonende aandeelhouder deze ‘tax credit’ bij het ontvangen dividend te tellen. In cijfers werkt een en ander als volgt (‘ACT’ gesteld op 34/66):

uit te keren dividend

 

66

afdracht aan Britse schatkist (‘ACT’, 34/66 x 66)

 

34

     

uitdeling

66

 

waaraan verbonden ‘tax credit’

34

 

aandeelhouder geeft aan

100

 

en kan verrekenen met zijn IB/VpB

34

 

In dit verband wordt er de aandacht op gevestigd dat in dit geval bij de uitbetaling van een dividend ad 66 een dividendbewijs wordt afgegeven, waarop enerzijds het ‘opgegrosde’ dividend (= 100) wordt vermeld en anderzijds het bedrag van de ‘tax credit’ (= 34) daarop in mindering wordt gebracht. In Nederlandse verhoudingen wekt dit de indruk alsof de ‘tax credit’ (ACT) een inhoudingsbelasting ten laste van de aandeelhouder is. In werkelijkheid is dat niet het geval. Anders dan het Franse stelsel voorziet het Britse stelsel niet in een zodanige bronbelasting, behoudens in het geval van de betaling van de tax credit aan buitenlandse aandeelhouders (zie onderdeel b hierna).

De ‘ACT’ bedraagt achtereenvolgens:

– voor het Britse belastingjaar 1973/1974

30/70

(tax credit 30)

– voor het Britse belastingjaar 1974/1975

33/67

(tax credit 33)

– voor het Britse belastingjaar 1975/1976

35/65

(tax credit 35)

– voor het Britse belastingjaar 1976/1977

35/65

(tax credit 35)

– voor het Britse belastingjaar 1977/1978

34/66

(tax credit 34)

– voor het Britse belastingjaar 1978/1979

33/67

(tax credit 33)

– voor het Britse belastingjaar 1979/1980

30/70

(tax credit 30)

b. Toepassing ten aanzien van inwoners van Nederland

[Regeling vervallen per 29-10-2006 met terugwerkende kracht tot en met 17-10-2006]

De toekenning van de Britse ‘tax credit’ aan in Nederland wonende aandeelhouders is geregeld in artikel 11 van de Nederlands-Britse Overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting van 1967, zoals dit artikel bij artikel II van het Protocol van 22 maart 1977 is gewijzigd. De Britse regeling tot uitvoering van artikel 11 (nieuw) is opgenomen in het Boekwerk IFZ onder nr. 112.00.70. Verwezen zij voorts naar de aanschrijving van 12 januari 1979, nr. 078-2473.

Ingevolge het bepaalde in artikel 11, derde lid, van de Overeenkomst, zoals dat thans luidt, hebben inwoners van Nederland, terzake van dividenden waaraan voor inwoners van het Verenigd Koninkrijk een ‘tax credit’ zou zijn verbonden, naar gelang van het geval, aanspraak op een betaling door de Britse schatkist van een bedrag ter grootte van de ‘tax credit’, of ter grootte van 50% daarvan. Op deze betaling hebben recht de volgende inwoners van Nederland:

  • lichamen die middellijk of onmiddellijk tenminste 10% van het aantal stemmen in het dividendbetalende lichaam beheersen: toekenning van een betaling ter grootte van 50% van de ‘tax credit’, onder inhouding van 5% Britse bronbelasting over dividend en ‘tax credit’ tezamen (formulier Neth. 4/credit, resp. Neth./lichaam/credit);

  • andere inwoners van Nederland – met name natuurlijke personen en lichamen met een deelneming van minder dan 10% –: toekenning van een betaling ter grootte van de volle Britse ‘tax credit’, onder inhouding van 15% Britse bronbelasting over dividend en ‘tax credit’ tezamen (formulier Neth. 4/credit, resp. Neth./lichaam/credit voor lichamen en formulier Neth./natuurlijke persoon/credit voor natuurlijke personen).

De regeling vindt toepassing met betrekking tot dividenden die op of na 6 april 1975 zijn betaald (art. VII van het Protocol).

c. De belastingheffing in Nederland

[Regeling vervallen per 29-10-2006 met terugwerkende kracht tot en met 17-10-2006]

Voor de Nederlandse belastingheffing behoren zowel het dividend als de betaling van de daarop betrekking hebbende ‘tax credit’ tot de opbrengst van de aandelen. Voor zover de deelnemingsvrijstelling geen toepassing vindt, wordt de Britse bronbelasting binnen de in artikel 26, tweede lid, letter b, van de Overeenkomst neergelegde grenzen met de Nederlandse belasting verrekend.

De in Nederland wonende aandeelhouders die een Brits dividend ontvangt van 66, waaraan verbonden de volle ‘tax credit’ van 34, ontvangt uiteindelijk netto (66 + 34) – 15% van (66 + 34) = 85. Hij dient in totaal aan te geven 100 en kan 15 met zijn Nederlandse belasting verrekenen.

In de praktijk kan echter tussen uitbetaling van het dividend en de betaling van de ‘tax credit’ zoveel tijd verlopen, dat dividend en ‘tax credit’ niet in hetzelfde jaar tot uitkering komen. In het hiervoor gegeven voorbeeld kan een aanvankelijke betaling van 66 in jaar (x), na indiening van een daartoe strekkend formulier (‘Neth./natuurlijke persoon/credit’, resp. Neth./lichaam/credit’) worden gevolgd door een betaling in jaar (x + 1) van 34, onder aftrek van 15% van (66 + 34) Britse belasting, zodat resteert 19.

Een en ander heeft de volgende consequenties:

  • a. in jaar (x) dient te worden belast 66, en wordt, omdat in dat jaar geen Britse belasting is ingehouden, niet met de Nederlandse belasting verrekend;

  • b. in jaar (x + 1) dient te worden belast 34 en wordt maximaal 15 verrekend.

Voor zover het recht op toekenning van een bedrag ter grootte van de halve tax credit wordt uitgeoefend en terzake van de dividenden en de halve tax credit geen recht bestaat op toepassing van de deelnemingsvrijstelling, dient in jaar (x) 66 te worden belasting en niets te worden verrekend, en dient in jaar (x + 1) 17 te worden belast en maximaal 5% van (66 + 17) = 4,15 te worden verrekend.

Naar boven