Besluit van 31 oktober 1966, houdende regelen naar welke een toeslag kan worden verleend
op pensioenen van in Suriname en de Nederlandse Antillen gevestigde gewezen militairen
en van hun nabestaanden
Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz., enz., enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Defensie van 6 september 1966, Directie gezamenlijke
militaire personeelsdiensten en pensioenen, afd. pensioenen en wachtgelden, nr. P.
123.583/3-V;
Overwegende, dat het wenselijk is de pensioenen van bepaalde militairen en van hun
nabestaanden, die metterwoon gevestigd zijn in Suriname of de Nederlandse Antillen,
te verhogen met een toeslag;
De Raad van State gehoord (advies van 12 oktober 1966, nr. 47);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Defensie van 28 oktober 1966, nr. P.
125.583/4-H;
Hebben goedgevonden en verstaan: