Artikel 1
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
Iedere stichting zal beheerd worden door een of meerdere bestuurders. Wanneer dezelve
door de acte der stichting niet zijn aangewezen, zal de benoeming door Onzen Minister
voor het Publieke Onderwijs, de Nationale Nijverheid en de Kolonien geschieden.
Artikel 2
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
Bij iedere stichting zal een ontvanger zijn, door de bestuurders te benoemen, en die
uit hun midden zal kunnen worden genomen, voor zoo verre de acte der stichting daaromtrent
geene bepaalde voorschriften bevat.
Artikel 3
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
-
1 Bij iedere stichting zullen provisoren zijn; wanneer dezelve door de acte der stichting
of door de resolutie van herstelling niet zullen zijn of worden aangewezen, zal Onze
voornoemde Minister, op het advijs van Gedeputeerde Staten, eene in de nabijheid van
den zetel der stichting te huis behoorende publieke autoriteit aanduiden, welke het
meest geschikt zal schijnen om deze functien waar te nemen.
Artikel 4
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
-
1 Geene beraadslaging van de bestuurders, welke de grenzen van eenvoudig beheer overschrijdt,
zal worden uitgevoerd, dan na vooraf door de provisoren, en vervolgens door de Gedeputeerde
Staten te zijn goedgekeurd.
Artikel 5
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
Geene beslissing van Gedeputeerde Staten aangaande de stichtingen zal genomen worden,
dan na ingewonnen advijs van provisoren, insgelijks zal Onze Minister in alle de gevallen,
waarvan de beslissing aan hem bij het tegenwoordig reglement is voorbehouden, vooraf
de Gedeputeerde Staten hooren, die hem het advijs der provisoren zullen mededeelen.
Artikel 6
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
-
2 Deze verantwoording zal door de ontvangers aan de bestuurders in dubbel worden overgelegd,
en door deze laatsten, met de bewijsstukken, aan de provisoren worden gezonden, welke
na de verantding te hebben goedgekeurd, een der dubbelen zullen doen toekomen aan
Gedeputeerde Staten. - Dit laatste zal geschieden in het eerste vierendeeljaars, volgende
op het dienstjaar, over welk de rekening gaat.
-
3 De Gedeputeerde Staten zullen de rekeningen definitief sluiten, en jaarlijks, in den
loop van het tweede vierendeeljaars, aan Onzen Minister een verslag doen omtrent de
afgelegde verantwoordingen.
Artikel 7
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
-
1 De goederen der stichtingen zullen, zonder Onze speciale autorisatie, voor geen langer
tijd dan voor negen achtereenvolgende jaren mogen verhuurd worden. - Dit verhuren
zal in het openbaar geschieden, ten overstaan van een" notaris, door Gedeputeerde
Staten te benoemen. De provisoren zullen hun advijs uitbrengen nopens de voorwaarden
der verhuring. Deze voorwaarden zullen door gezegde Staten kunnen worden gewijzigd,
en door hen moeten worden goedgekeurd.
-
2 De openbare verhuring zal geere plaats hebben, dan na door aanplakbiljetten en door
aankondigingen in eene der couranten der provincie te zijn bekend gemaakt, en zal
de toewijzing eerst haar volkomen beslag kunnen bekomen na dat de verhuring door Gedeputeerde
Staten zal zijn goedgekeurd.
-
3 Op dezelfde wijze zal moeten worden te werk gegaan bij het verkoopen, ten behoeve
van eenige stichting, van opgaande boomen, hakhout, grasgewassen en alle andere meubilaire
goederen.
Artikel 8
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
De onroerende goederen, welke aan stichtingen toebehooren, zullen niet kunnen worden
verkocht of tegen andere verwisseld, dan uit kracht van eene antorisatie door Gedeputeerde
Staten, na ruggespraak met de provisoren, en op de daartoe door de bestuurders gedane
voordragt te verleenen.
Artikel 9
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
-
1 De provisoren zullen zorg dragen, dat de gelden voortkomende van aan de stichting
gedaan wordende terugbetalingen, van donatien of van overschot van inkomsten, zonder
uitstel worden belegd.
-
2 De voordragten tot uitzetting der gelden zullen met de bewijsstukken van de zekerheid
der voorgestelde beleggingen, en met het advijs der provisoren, aan Gedeputeerde Staten
worden gezonden, die autorisatie zullen verleenen, wanneer daartoe termen mogten aanwezig
zijn.
-
3 Ondertusschen zullen de stichtingen geene onroerende goederen, op welke wijze ook,
kunnen verkrijgen, zonder Onze speciale autorisatie.
Artikel 10
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
-
1 Bij verzoeken om buitengewone herstellingen of om nieuwe bouwingen, zullen de provisoren
schatters benoemen, ten einde de noodzakelijkheid of de klaarblijkelijke nuttigheid
van dezelve te bewijzen, en ten einde eene begrooting der vereischte kosten op te
maken.
Artikel 11
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
De bestuurders zullen niemand in regten mogen betrekken, of zich in regten mogen verweren,
zonder de autorisatie van Onzen Minister daartoe te hebben verkregen. Alle regterlijke
handeling moet, namens de bestuurders, door den ontvanger worden gevoerd.
Artikel 12
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
De transactien, welke de bestuurders mogten oordeelen voor het belang der stichtingen
nuttig te zijn, zullen door hen aan Gedeputeerde Staten worden ingezonden, welke,
na de provisoren gehoord, en, is het noodig, de meening van drie regtsgeleerden verstaan
te hebben, dezelve met al de bijlagen, en met bijvoeging van hun advijs, aan het hoofd
van het departement van onderwijs zullen doen geworden, ten einde, indien daartoe
termen zijn, aan Ons ter goedkeuring te worden aangeboden.
Artikel 13
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
Geene betaling aan de met beurzen begiftigden zal in de verantwoording van den ontvanger
kunnen worden geleden, dan voor zoover deze een getuigschrift zal overleggen, houdende
dat de begiftigde aan eene openbare of bijzondere inrigting van onderwijs zich werkelijk
oefent in het vak van studie, waarvoor hij met de beurs begiftigd werd. Deze getuigschriften
zullen door de hoofden van voornoemde inrigtingen van onderwijs worden afgegeven.
Artikel 14
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
Er zal aan de ontvangers der stichtingen, tot schadeloosstelling, niet meer kunnen
worden verleend dan 5% van de ontvangen inkomsten, als ook 1% van de terugbetaalde
kapitalen, voorbehoudens echter de teruggave aan hen van nuttige en behoorlijk bewezene
uitgaven.
Artikel 15
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
-
1 Wanneer er redenen mogten bestaan om de bestuurders in het belang der stichting in
regten te betrekken, zal dit door de provisoren geschieden, na dat Onze Minister hun
daartoe zal hebben gemagtigd, of hun zulks zal hebben belast.
-
2 Onze Minister zal, in geval van misdraging, trouweloosheid, bankbreukigheid of erkend
slecht bestuur van de zijde der bestuurders, deze in hunne functien kunnen schorsen,
en zelfs voorloopig in hunne vervanging kunnen voorzien, met in achtneming, zoo veel
mogelijk, van den wil der stichters.
Artikel 16
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
Daar de ontvangers, die door de bestuurders worden benoemd, als gemagtigden van deze
laatsten moeten worden aangemerkt, zullen ook de vervolgingen, waarvan in het voorafgaand
artikel is gesproken, tegen hen door de bestuurders worden gevoerd. Wanneer de bestuurders
van Onzen Minister geene autorisatie zullen hebben verkregen, om deze regterlijke
vervolgingen tegen hen, voor en uit naam der stichting te doen, zal het hun altijd vrij blijven de ontvangers voor eigene
rekening en in hunnen eigenen naam in regten te betrekken, zoo wanneer zij vermeenen
mogten dat deze de grenzen van hunne lastgeving hebben overschreden.
Artikel 17
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
De ontvangers der stichtingen zijn onderworpen aan de bepalingen der wetten en reglementen
omtrent personen, aan welke gelden zijn toevertrouwd, behoorende aan openbare gestichten.
Artikel 18
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
Wanneer het regt om bestuurder of ontvanger te zijn door den stichter is verbonden
aan zekere hoedanigheid, rang of bediening, zal de voorloopige vervanging, waarvan
in art. 15 is gesproken, ophouden, zoodra een ander persoon tot het bezit van dien rang of die
bediening zal zijn gekomen.
Artikel 19
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
De provisoren zullen uit eigene beweging de oplettendheid van Gedeputeerde Staten
vestigen op de misbruiken of ongeregeldheden, die zij in de handelwijze van de bestuurders
en ontvangers mogten bespeuren, en zullen de voorstellen doen, welke zij voor het
belang der stichting nuttig zullen oordeelen.
Artikel 20
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
Ieder ontvanger zal, behalve zijne boeken van ontvangst en uitgave, een register houden,
waarin de acten van de stichting, de reglementen van uitvoering, die later mogten
gemaakt zijn, en het besluit tot herstelling der stichting woordelijk zullen moeten
zijn ingeschreven. Dit register zal daarenboven een naauwkeurigen staat inhouden van
de goederen en renten, welke aan de stichting toebehooren, als ook het jaarlijksch
beloop van de inkomsten van ieder derzelve, met aanwijzing van de plaats waar de goederen
en hypotheken gelegen zijn, mitsgaders van de woonplaats der schuldenaars. - De veranderingen
die met de goederen, renten en inkomsten voorvallen, zullen mede in dat register worden
ingeschreven.
Artikel 21
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
De oorspronkelijke bewijzen van instelling van renten, schuldbrieven of andere actien,
zullen door de bestuurders in bewaring worden gehouden. Er zal van dezelve een uitvoerige
staat of inventaris in triplo worden opgemaakt, die door de provisoren, bestuurders en ontvangers zal nagezien,
voor deugdelijk verklaard en onderteekend worden. Provisoren, bestuurders en ontvangers
zullen ieder één dezer staten bewaren.
Artikel 22
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
-
1 Zoodra eene beurs zal openvallen, zullen de begevers dit bekend maken door aankondigingen
in eene der voornaamste dagbladen van de provincien, waar de belanghebbende verondersteld
moeten worden te wonen.
-
2 De begevers zullen ook daarvan kennis geven aan de regeringen van de plaatsen wier
inwoners bijzonder door den stichter zijn geroepen, of waar men vermoeden kan dat
de leden van de familie, welke de stichter heeft willen begunstigen, zich bevinden,
zonder dat door dit alles worden verhinderd de bijzondere aankondigingen, welke door
de stichters mogten zijn voorgeschreven. De begevers zullen te gelijk den tijd bepalen,
binnen welken de belanghebbende zich zullen moeten aanmelden.
Artikel 23
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
De begevers zullen zich overigens naauwkeurig houden aan de voorwaarden en bepalingen
door de stichters voorgeschreven, om zich van de bekwaamheid der kandidaten te overtuigen
en onder hen eene keuze te doen.
Artikel 24
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
-
1 Wanneer het regt van begeving door den stichter niet mogt zijn verbonden aan eene
bepaalde bediening of rang, en dit regt door overlijden of anderzins komt open te
vallen, zullen de provisoren, op de wijze in art. 22 aangewezen, de verwanten of andere belanghebbenden oproepen, om voor hen hunne regten
te doen gelden. Zij zullen aan Gedeputeerde Staten berigt doen toekomen van den uitslag
der oproeping.
-
2 Wanneer de regten der opgekomen personen niet betwist, of de ontstane moeijelijkheden
uit den weg geruimd worden, het zij door provisoren, het zij door Gedeputeerde Staten,
zal Onze Minister de nieuwe begevers, wanneer hij daartoe termen vindt, bevestigen.
Wanneer echter de opgekomene moeijelijkheden niet kunnen worden opgeheven, zal Onze
Minister voorloopig beslissen, behoudens het regt van toevlugt tot den gewonen regter.
Artikel 25
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
Onze Minister zal, tot op de beslissing van het verschil, de, gedurende dien tijd
gedane begevingen kunnen schorsen, en zullen in zoodanig geval, de ontvangers geene
uitbetaling kunnen doen van beurzen, uit krachte van gezegde begevingen. Wanneer het
onderzoek van de vorderingen en reclamatien aanleiding zoude kunnen geven tot oponthoud,
nadeelig voor de studien van hen, die tot het genot der beurzen geregtigd zijn, zal
Onze Minister de overblijvende begevers, wier regten niet worden betwist, kunnen magtigen
om de openstaande beurzen te begeven, mits hunne keuze aan zijne goedkeuring te onderwerpen.
Bij volslagen gebrek aan begevers, zal Onze Minister Gedeputeerde Staten tot de begeving
kunnen magtigen, edoch onder gelijke voorbehouding van zijne goedkeuring.
Artikel 26
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
De bepalingen van art. 24 en 25 zijn, in gevallen van denzelfden aard, mede toepasselijk op de bestuurders en provisoren,
en in het geval vermeld in art. 25, zal Onze Minister, wanneer de belangen der stichting dit vorderen, een tijdelijken
bestuurder, tot op de uitmaking van het verschil, kunnen benoemen.
Artikel 27
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
Alle betwistingen en reclamatien betrekkelijk de begeving van beurzen, zullen, wanneer
de begevers, provisoren of Gedeputeerde Staten de partijen niet kunnen bevredigen,
voorloopig door Onzen Minister worden beslist, behoudens het regt van toevlugt tot
den gewonen regter.
Artikel 28
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
Wanneer de bepalingen der artikelen 22 en 23 van het tegenwoordig reglement bij de
begeving naauwkeurig door de begevers zullen zijn in acht genomen, zal de geregtigde,
die zich binnen den gestelden tijd niet mogt hebben aangemeld, in geen geval, en welke
ook de gegrondheid zijner vorderingen moge zijn, aanspraak kunnen maken op het genot
der beurs, gedurende het ingetreden schooljaar.
Artikel 29
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
De gevallen die zich mogten opdoen, waarin bij het tegenwoordig reglement niet is
voorzien, zullen worden beslist volgens de algemeene voorschriften en bepalingen,
vastgesteld voor het bestuur van andere openbare gestichten.
Artikel 30
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
Er zal bij het departement voor het Publieke Onderwijs, eene adviserende kommissie
bestaan voor de zaken rakende stichtingen voor het onderwijs; en zal het hoofd van
gezegd departement, op de rapporten dier commissie, uitspraak doen in alle de gevallen,
van welke ingevolge het tegenwoordig reglement de beslissing aan hem is verbleven.
Artikel 31
[Regeling vervallen per 04-05-2007]
Het hoofd van opgenoemd departement zal, op onbepaalde tijdstippen, en wanneer hij
zulks raadzaam zal oordeelen, iemand kunnen belasten om zich te gaan verzekeren van
het behoorlijk bestuur der stichtingen en van de nakoming der verpligtingen en bepalingen,
waaraan zij onderworpen zijn.