Regeling aanwijzing rechtspersoon belast met de inning en de verdeling van de vergoeding, [...] en 10, onderdeel e, Wet op de naburige rechten

[Regeling vervallen per 08-11-2017 met terugwerkende kracht tot en met 01-06-2017.]
[Regeling materieel uitgewerkt per 01-06-2019.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 01-06-2012 t/m 31-05-2017

Regeling van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 15 mei 2012, nr. 249727 tot aanwijzing van de rechtspersoon belast met de inning en de verdeling van de vergoeding, bedoeld in artikel 16c van de Auteurswet en in artikel 10, onderdeel e, van de Wet op de naburige rechten

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

Gelet op artikel 16d, eerste lid, van de Auteurswet en artikel 10, onderdeel e, van de Wet op de naburige rechten;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 08-11-2017 met terugwerkende kracht tot en met 01-06-2017]

In dit besluit wordt verstaan onder:

Artikel 2. Aanwijzing

[Regeling vervallen per 08-11-2017 met terugwerkende kracht tot en met 01-06-2017]

Als rechtspersoon belast met de inning en verdeling van de vergoeding wordt voor de duur van ten hoogste vijf jaar aangewezen: de stichting.

Artikel 3. Derde organisaties

[Regeling vervallen per 08-11-2017 met terugwerkende kracht tot en met 01-06-2017]

  • 1 Een overeenkomst van de stichting met een derde organisatie, die ertoe strekt dat bij de inning en verdeling van vergoedingen wordt samengewerkt met of werkzaamheden worden verricht door deze derde organisatie, wordt uitsluitend voor bepaalde tijd aangegaan.

  • 2 In een overeenkomst als bedoeld in het eerste lid wordt in ieder geval opgenomen:

    • a. binnen welke termijn de derde organisatie vergoedingen doorbetaalt aan rechthebbenden;

    • b. welke bedragen aan beheerskosten de derde organisatie maximaal inhoudt;

    • c. een verplichting voor de derde organisatie om een regeling op te stellen voor de afdoening van geschillen over vergoedingen met rechthebbenden of tussen rechthebbenden onderling;

    • d. een verplichting voor de derde organisatie tot het verlenen van medewerking aan informatievoorziening aan het College van Toezicht, voor zover deze informatie noodzakelijk is voor de taakuitoefening door het College;

    • e. in welke gevallen de overeenkomst tussentijds wordt ontbonden of kan worden ontbonden.

Artikel 4. Beheerskosten en overige inhoudingen

[Regeling vervallen per 08-11-2017 met terugwerkende kracht tot en met 01-06-2017]

  • 1 De stichting kan ter dekking van door haar gemaakte beheerskosten jaarlijks een redelijk percentage inhouden van het ingevolge haar jaarrekening van dat kalenderjaar geïnde bedrag aan vergoedingen.

  • 2 Indien de stichting samenwerkt met of werkzaamheden laat verrichten door een derde organisatie, ziet de stichting erop toe dat de daartoe door deze derde ingehouden beheerskosten redelijk zijn.

  • 3 De stichting en door haar ingeschakelde derde organisaties kunnen jaarlijks gezamenlijk maximaal 15% van het ingevolge de jaarrekening van de stichting voor verdeling beschikbare netto bedrag inhouden voor sociale en culturele doelen.

Artikel 5. Financiële verantwoording

[Regeling vervallen per 08-11-2017 met terugwerkende kracht tot en met 01-06-2017]

  • 1 De stichting legt jaarlijks vóór 1 september financiële verantwoording over het voorafgaande kalenderjaar af aan het College van Toezicht, met inachtneming van de daaraan door het College van Toezicht gestelde vereisten.

  • 2 De stichting stelt jaarlijks een jaarrekening en een jaarverslag op en maakt deze openbaar, in ieder geval door plaatsing daarvan op haar website.

Artikel 6. Bekendmaking en inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 08-11-2017 met terugwerkende kracht tot en met 01-06-2017]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 15 mei 2012

De

Staatssecretaris

van Veiligheid en Justitie,

F. Teeven

Naar boven