Regeling beleidsregels ter verdeling besteedbare middelen beheerskosten verbindingskantoren AWBZ 2009

[Regeling materieel uitgewerkt per 30-01-2011.]
Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 07-02-2010 t/m heden

Regeling beleidsregels ter verdeling besteedbare middelen beheerskosten verbindingskantoren AWBZ 2009

Het College voor zorgverzekeringen,

Gelet op artikel 91, eerste lid Wet financiering sociale verzekeringen, artikel 4.5, eerste en tweede lid van het Besluit Wfsv en de Aanwijzing besteedbare middelen beheerskosten AWBZ 2009;

Heeft in zijn vergadering van 15 december 2008 besloten:

Artikel 1

Dit besluit verstaat onder:

Artikel 2

Het CVZ verdeelt in het jaar 2009 een totaal bedrag van 160,714 miljoen euro over de verbindingskantoren. Ter bepaling van de middelen die voor ieder verbindingskantoor afzonderlijk voor het jaar 2009 ten laste van het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten voor zijn beheerskosten besteedbaar zijn, stelt het CVZ voor ieder van hen een voorlopig budget vast.

Artikel 3

Het college verdeelt het in artikel 2 genoemde totaalbedrag als volgt:

  • a. een bedrag van 19,831 miljoen euro wordt op basis van een bedrag van € 177,36 per PGB budgethouder verdeeld;

  • b. een bedrag van 0,139 miljoen euro voor één verbindingskantoor voor de afvloeiingsregeling uitvoering beroepsgang eigen bijdrage zonder verblijf;

  • c. een bedrag van 4,797 miljoen euro op basis van een gelijk bedrag per verbindingskantoor;

  • d. een bedrag van 0,253 miljoen euro voor verbindingskantoren die, volgens opgave van Zorgverzekeraars Nederland, coördinerende activiteiten verrichten voor doventolkvoorzieningen.

Artikel 4

Het college verdeelt het na toepassing van artikel 3 resterende bedrag als volgt:

  • a. 15% op basis van een vast bedrag per verbindingskantoor, vermeerderd met een zelfde bedrag per regio waarvoor het verbindingskantoor is aangewezen;

  • b. 85% op basis van het aantal inwoners per 1 januari 2008 in de regio’s, waarvoor het verbindingskantoor als zodanig is aangewezen, waarbij inwoners van vijfenzestig jaar en ouder dubbel tellen. Voor de bepaling van het aantal inwoners, waaronder die van vijfenzestig jaar en ouder, gebruikt het college de gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek.

Artikel 5

  • 1 De resultaten van de berekeningen ingevolge de artikelen 3 en 4 sommeert het college per regio.

  • 2 Ter verkrijging van het voorlopige budget voor beheerskosten AWBZ per verbindingskantoor sommeert het college het berekende bedrag per regio voor de regio’s waarvoor het verbindingskantoor is aangewezen.

  • 3 Het college rondt het voorlopige budget af op hele euro’s, waarbij het college bedragen van een halve euro en hoger afrondt naar boven en overige bedragen naar beneden.

Artikel 6

  • 1 De volgende incidentele en structurele toevoegingen die onderdeel vormen van het totaal bedrag, bedoeld in artikel 2, worden verdeeld onder de voorwaarde dat het verbindingskantoor zich hierover in het uitvoeringsverslag voldoende verantwoordt:

    • a. incidentele en structurele toevoeging voor verbetering publieksinformatie door zorgkantoren;

    • b. structurele toevoeging voor zorginkoop gericht op kwaliteit en ketenzorg;

    • c. incidentele toevoeging voor een periode van drie jaar voor het aanpassen van de huidige administratie naar een administratie op verzekerdenniveau;

    • d. incidentele toevoeging voor de overgang op XML(AZR).

  • 2 Het college stelt voor de ontwikkeling en uitrol van release 3.0 (AZR) een programma van eisen vast. De verbindingskantoren verantwoorden in hun uitvoeringsverslag dat zij aan het programma van eisen hebben voldaan.

Artikel 7

  • 1 Na ommekomst van het budgetjaar stelt het college, met toepassing van de artikelen 3 tot en met 5, de budgetten over het jaar 2009 nader vast op basis van de werkelijke inwoneraantallen per januari 2009 en de werkelijke aantallen PGB budgethouders per 1 juli 2009. Voor de bepaling van de werkelijke inwoneraantallen en budgethouders baseert het CVZ zich op de gegevens van dezelfde instanties als die aan wier gegevens voor de voorlopige budgetberekeningen zijn ontleend.

  • 2 Bij de nadere vaststelling, bedoeld in het eerste lid, controleert het college of de verbindingskantoren aan de voorwaarden genoemd in artikel 6 hebben voldaan.

Artikel 7a

  • 1 Voor verbindingskantoren waarvan het college op grond van artikel 4.6 van het Besluit Wfsv heeft vastgesteld dat deze per 31 december 2009 een negatieve reserve hebben die groter is dan 10 procent van het op grond van artikel 7 nader vastgestelde budget, stelt het college een tegemoetkoming vast.

  • 3 Vooruitlopend op de vaststelling van de tegemoetkoming voor de verbindingskantoren, bedoeld in het eerste lid, stelt het college binnen drie maanden na het uitbrengen van de financiële verantwoording door de verbindingskantoren, een voorlopige tegemoetkoming vast.

  • 4 Het college stelt de voorlopige tegemoetkoming, bedoeld in het derde lid, vast door de som, bedoeld in het tweede lid, naar evenredigheid over de verbindingskantoren, bedoeld in het eerste lid, te verdelen, waarbij het maximum van de tegemoetkoming per verbindingskantoor het verschil is tussen de stand van de negatieve reserve van het verbindingskantoor op 31 december 2009 en 10 procent van het op grond van artikel 7 nader vastgestelde budget van het verbindingskantoor.

  • 5 Binnen drie maanden nadat de Nederlandse Zorgautoriteit haar Rapport uitvoering AWBZ 2009 voor alle verbindingskantoren heeft uitgebracht, stelt het college de tegemoetkoming definitief vast, overeenkomstig het bepaalde in het vierde lid.

Artikel 8

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2009. Indien de Staatscourant waarin dit besluit wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 1 januari 2009, treedt zij in werking met ingang van de tweede dag na uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt zij terug tot en met 1 januari 2009.

Artikel 9

Dit besluit kan worden aangehaald als:

Regeling beleidsregels ter verdeling besteedbare middelen beheerskosten verbindingskantoren AWBZ 2009.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Voorzitter

,

P.C. Hermans

Naar boven