Uitvoeringswet richtlijn openbaar overnamebod

Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 28-10-2007 t/m heden

Wet van 24 mei 2007 tot uitvoering van richtlijn nr. 2004/25/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 21 april 2004 betreffende het openbaar overnamebod

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de Wet toezicht effectenverkeer 1995 en het Burgerlijk Wetboek dienen te worden gewijzigd ter uitvoering van richtlijn nr. 2004/25/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 21 april 2004 betreffende het openbaar overnamebod (Pb EU L 142) en het voorts wenselijk is dat een openbaar bod op aandelen kan leiden tot zeggenschap van de bieder over benoeming en ontslag van bestuurders en commissarissen van de doelvennootschap;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel IV

Indien een doelvennootschap zetel heeft in een andere lidstaat en de door haar uitgegeven effecten voor 20 mei 2006 gelijktijdig voor het eerst zijn toegelaten tot de handel op zowel een op grond van artikel 22 erkende effectenbeurs als op een in een andere lidstaat gevestigde en van overheidswege toegelaten effectenbeurs welke niet is gelegen in de lidstaat waar de doelvennootschap haar zetel heeft, komt Onze Minister uiterlijk 17 juni 2006 met de toezichthoudende autoriteit in die lidstaat overeen of Onze Minister dan wel die toezichthoudende autoriteit bevoegd is een biedingsbericht als bedoeld in artikel 6a, tweede lid, van de Wet toezicht effectenverkeer 1995 goed te keuren. Onze Minister maakt deze overeenkomst openbaar. Indien Onze Minister en de toezichthoudende autoriteit niet tot overeenstemming komen, maakt de doelvennootschap op de eerste handelsdag volgend op 17 juni 2006 haar keuze voor Onze Minister dan wel voor de toezichthoudende autoriteit ter zake van de goedkeuring van een biedingsbericht openbaar.

Artikel VIII

Indien Onze Minister op grond van artikel 7:1 van de Wet op het financieel toezicht de nummering van die wet opnieuw heeft vastgesteld, brengt hij voor de plaatsing van deze wet in het Staatsblad de in deze wet voorkomende aanhalingen van artikelen van de Wet op het financieel toezicht in overeenstemming met de nieuwe nummering.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te ’s-Gravenhage, 24 mei 2007

Beatrix

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

De Minister van Financiën,

W. J. Bos

De Minister van Economische Zaken,

M. J. A. van der Hoeven

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J. P. H. Donner

Uitgegeven de twaalfde juni 2007

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Naar boven