Regeling financiering en administratieve uitvoeringsvoorschriften WWIK

[Regeling vervallen per 01-01-2012.]
Geraadpleegd op 18-05-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-07-2009 en zichtdatum 05-05-2024.
Geldend van 08-04-2009 t/m 31-12-2009

Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 17 december 2004, Directie Werk en Bijstand, nr. W&B/URP/04/84801, houdende vaststelling van de Regeling financiering en administratieve uitvoeringsvoorschriften WWIK

§ 1. Definities

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 1. Definitiebepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. minister: de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

  • b. WIK: Wet inkomensvoorziening kunstenaars;

  • c. WWIK: de Wet werk en inkomen kunstenaars;

  • d. uitkeringskosten: de kosten van uitkeringen, bedoeld in artikel 48, eerste lid, onderdeel a, van de WWIK;

  • e. uitvoeringskosten: de uitvoeringskosten, bedoeld in artikel 48, eerste lid, onderdeel b, van de WWIK onderscheidenlijk artikel 51, eerste lid, van de WWIK;

  • f. de ten laste van het college gebleven kosten: de in een kalenderjaar door het college verleende uitkering, bedoeld in artikel 48, eerste lid, onderdeel a, van de WWIK, verminderd met alle ontvangsten van het college in dat jaar in verband met de verlening van uitkeringen op grond van de WWIK;

  • g. tekortkoming: het door het college niet hebben voldaan aan de bij of krachtens de WWIK gestelde regels;

  • h. financieel beslag: het verschil tussen het bedrag van de uitkeringskosten bij een onjuiste wetsuitvoering en dat bij een juiste wetsuitvoering;

  • i. financiële fouten: tekortkomingen waarbij met zekerheid kan worden vastgesteld dat de uitkering onrechtmatig is verstrekt of is teruggevorderd zonder inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke bepalingen;

  • j. financiële onzekerheden: tekortkomingen waarbij niet met zekerheid kan worden vastgesteld dat de uitkering rechtmatig is verstrekt of is teruggevorderd zonder inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke bepalingen.

§ 2. Onderzoeken terzake van uitkeringen

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 2. Onderzoeken

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

  • 3 De beëindiging van de uitkering, bedoeld in artikel 11, derde lid, van de WWIK, vindt plaats met ingang van de dag volgend op het besluit tot beëindiging van de uitkering, bedoeld in het tweede lid.

§ 3. Vergoeding van uitvoeringskosten

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 3. Uitvoeringskosten

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

  • 1 Terzake van de uitvoeringskosten vergoedt het Rijk over een kalenderjaar aan het college € 1.274,– per kunstenaar aan wie door het college op 31 december van dat kalenderjaar uitkering ingevolge de WWIK is verleend.

  • 2 Terzake van de uitvoeringskosten vergoedt het Rijk over een kalenderjaar aan de adviserende instelling € 645,– per uitgebracht advies ten aanzien van wie in het kalenderjaar op verzoek van het college advies is uitgebracht.

  • 3 In afwijking van het tweede lid wordt, indien blijkens de kostenopgave, bedoeld in artikel 8, eerste lid, het in het kalenderjaar aantal gerealiseerde adviezen lager is dan het verwachte aantal uit te brengen adviezen, bedoeld in artikel 10, eerste lid, de vergoeding terzake van de uitvoeringskosten vastgesteld op de som van de helft van het gerealiseerde aantal adviezen maal het vergoedingsbedrag, bedoeld in tweede lid, plus het budget bedoeld in artikel 10, derde lid.

  • 4 De minister herziet de bedragen, bedoeld in het eerste en tweede lid, jaarlijks voor zover de door het kabinet toegekende loon- prijscompensatie daartoe aanleiding geeft.

§ 4. Verslag over de uitvoering, accountantsverklaring en oordeel raad

[Vervallen per 01-01-2009]

Artikel 4. Verslag over de uitvoering en accountantsverklaring

[Vervallen per 01-01-2009]

§ 5. Wijze en tijdstip van declareren door het college en bevoorschotting door het Rijk

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 5. Beeld van de uitvoering en opschorting van voorschotten

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

  • 1 Het beeld van de uitvoering, bedoeld in artikel 46, eerste lid, van de WWIK wordt uiterlijk op 28 februari van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarop het beeld van de uitvoering betrekking heeft door de minister ontvangen.

  • 2 Het beeld van de uitvoering, bedoeld in het eerste lid, wordt uiterlijk op 28 februari van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarop zij betrekking heeft door de minister ontvangen.

  • 3 Het beeld van de uitvoering wordt ingediend onder gebruikmaking van een formulier dat door de minister elektronisch beschikbaar wordt gesteld met het Digitaal Verantwoordingssysteem.

  • 4 Op basis van het beeld van de uitvoering vindt een voorlopige verrekening plaats met het verleende voorschot, bedoeld in artikel 6.

  • 5 Indien het beeld van de uitvoering, bedoeld in het eerste lid, niet op de in het tweede lid genoemde datum is ontvangen, schort de minister de betaling van de maandvoorschotten voor het lopende vergoedingsjaar op met ingang van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarop de ontvangsttermijn is verlopen, doch niet gedurende de periode waarover door de minister aan het college in geval van overmacht uitstel is verleend.

  • 6 De betaling van de voorschotten wordt hervat op de vijftiende van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarin het beeld van de uitvoering, bedoeld in het eerste lid, is ontvangen door de minister.

  • 7 Het vijfde en zesde lid zijn van overeenkomstige toepassing, indien het college in gebreke blijft om binnen een door de minister vastgestelde termijn aanvullende informatie te verstrekken die noodzakelijk is voor het financieel beheer van de WWIK.

Artikel 6. Maandvoorschotten

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

  • 1 De minister verleent maandvoorschotten ten behoeve van de uitkeringskosten en ten behoeve van de uitvoeringskosten.

  • 2 De maandvoorschotten voor een kalenderjaar worden betaald op of omstreeks de vijftiende van de maand waarop zij betrekking hebben, waarbij afstemming plaatsvindt op de landelijk verwachte kosten voor de WWIK.

  • 3 Voor de onderlinge verdeling tussen de colleges, bedoeld in artikel 23 van de WWIK, wordt uitgegaan van het aantal personen dat op op 31 december van het, vanaf het kalenderjaar, bedoeld in het tweede lid, twee jaar terugliggende, kalenderjaar een uitkering op grond van de WWIK heeft ontvangen.

  • 4 Indien informatie over het kalenderjaar, bedoeld in het tweede lid, en het hieraan voorafgaande kalenderjaar daartoe aanleiding geeft, wordt de verdeling, bedoeld in het derde lid, aangepast.

  • 5 Indien de verantwoordingsinformatie, bedoeld in artikel 17a, eerste lid, van de Financiële-verhoudingswet, met betrekking tot de uitvoering van de WWIK niet door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is ontvangen binnen twaalf maanden na het kalenderjaar waarop zij betrekking heeft, worden de maandvoorschotten met betrekking tot het desbetreffende kalenderjaar op nihil vastgesteld en worden de reeds betaalde voorschotten teruggevorderd.

§ 6. Berekening financieel beslag van tekortkomingen

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 7. Financieel beslag tekortkomingen

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

  • 1 Het financieel beslag van tekortkomingen in de uitvoering van de WWIK door het college wordt bepaald op het totaal van de financiële fouten en financiële onzekerheden.

  • 2 Het financieel beslag van financiële onzekerheden wordt bepaald op:

  • 3 Bij samenloop van tekortkomingen als bedoeld in het tweede lid worden de afzonderlijk berekende financiële uitkomsten bij elkaar opgeteld.

§ 7. Wijze en tijdstip van declareren door de adviserende instelling en bevoorschotting door het Rijk

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 8. Kostenopgave adviserende instelling

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

  • 1 De adviserende instelling declareert de uitvoeringskosten over een kalenderjaar bij het Rijk door middel van een kostenopgave.

  • 2 De kostenopgave en de verklaring van de accountant, bedoeld in artikel 51, tweede lid, van de WWIK, worden uiterlijk op 1 mei van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarop deze betrekking hebben door de minister ontvangen.

  • 3 De kostenopgave wordt ingericht overeenkomstig het model van bijlage 2 bij deze regeling.

  • 4 De verklaring van de accountant wordt ingericht overeenkomstig het model van bijlage 3 bij deze regeling. Het onderzoek dat resulteert in de verklaring wordt uitgevoerd overeenkomstig het als bijlage 4 bij deze regeling opgenomen controle- en rapportageprotocol.

  • 5 Indien de kostenopgave en de daarop betrekking hebbende verklaring niet op de in het tweede lid genoemde datum zijn ontvangen, kan de minister met ingang van de achtste maand van het lopende vergoedingsjaar de betaling van de maandvoorschotten opschorten.

Artikel 9. Voorlopige kostenopgave adviserende instelling

[Vervallen per 08-04-2009]

Artikel 10. Voorschot adviserende instelling

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

  • 1 De adviserende instelling dient uiterlijk op 1 september van het kalenderjaar een gespecificeerde kostenopgave in van het in het daaropvolgende kalenderjaar te verwachten aantal uit te brengen adviezen en van de kosten daarvan.

  • 2 De minister stelt uiterlijk 1 oktober van het kalenderjaar een voorschot voor het gehele kalenderjaar vast ten behoeve van de uitvoeringskosten van de adviserende instelling in het daaropvolgende kalenderjaar, waarbij de in het eerste lid bedoelde opgave wordt betrokken.

  • 3 Het voorschot, bedoeld in het tweede lid, wordt voor de helft als budget toegekend.

  • 4 Iedere kalendermaand wordt op of omstreeks de vijftiende dag van deze kalendermaand een twaalfde deel van het voor het betreffende kalenderjaar vastgestelde voorschot, bedoeld in het tweede lid, betaalbaar gesteld.

§ 8. Wijziging andere regelingen

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 11. Regeling Wet inkomensvoorziening kunstenaars

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Wijzigt de Regeling Wet inkomensvoorziening kunstenaars.]

Artikel 12. Regeling statistiek WWB, IOAW en IOAZ 2005

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Wijzigt de Regeling statistiek WWB, IOAW en IOAZ 2005.]

Artikel 13. Regeling inkomenstoets vervoersvoorzieningen REA

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Wijzigt de Regeling inkomenstoets vervoersvoorzieningen REA.]

Artikel 14. Regeling SUWI

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Wijzigt de Regeling SUWI.]

Artikel 15. Tijdelijke stimuleringsregeling Hoogwaardige Handhaving

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Wijzigt de Tijdelijke stimuleringsregeling Hoogwaardige Handhaving.]

Artikel 16. Tijdelijke stimuleringsregeling intensivering opsporing en controle Abw

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

[Red: Wijzigt de Tijdelijke stimuleringsregeling intensivering opsporing en controle Abw.]

§ 9. Slotbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Artikel 17. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2005.

Artikel 18. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling financiering en administratieve uitvoeringsvoorschriften WWIK.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. De bij deze regeling behorende bijlagen worden uiterlijk 15 januari 2005 ter inzage gelegd in de bibliotheek van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te ’s-Gravenhage.

Den Haag, 17 december 2004

De

Staatssecretaris

van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H.A.L. van Hoof

Bijlage 4. als bedoeld in artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

De krachtens artikel 51, derde lid, van de WWIK te stellen regels inzake de accountantsverklaring bij de kostenopgave van de Stichting Kunstenaars & Co (adviserende instelling als bedoeld in artikel 35 van de WWIK) en het onderzoek dat resulteert in de accountantsverklaring WWIK/SK&C.

Controle- en rapportageprotocol WWIK/SK&C 20072008

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

1. Inleiding

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

De Stichting Kunstenaars & Co (SK&C) is belast met de advisering als bedoeld in artikel 35 van de WWIK.

Het bestuur van de SK&C verantwoordt jaarlijks de over het vergoedingsjaar voor rijksvergoeding in aanmerking komende declarabele adviezen door middel van een door haar ondertekende kostenopgave, als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Rfau WWIK.

Het bestuur van de SK&C draagt zorg voor de tijdige inzending van de kostenopgave en de daarop betrekking hebbende accountantsverklaring. Deze verklaring wordt afgegeven op basis van een onderzoek dat met inachtneming van dit controle- en rapportageprotocol is uitgevoerd.

2. Het accountantsonderzoek

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Het onderzoek door de accountant omvat de juistheid en rechtmatigheid van de in de kostenopgave verantwoorde uitvoeringskosten.

Ten behoeve van de juistheid en rechtmatigheid van de aantallen stelt de accountant vast dat adviezen alleen op verzoek van het college zijn uitgebracht, gelet op artikel 23, vijfde lid, jo. artikel 35 van de WWIK.

De controle van de kostenopgave wordt afgesloten met een accountantsverklaring. De accountantsverklaring omvat een oordeel over de juistheid en rechtmatigheid van de in de kostenopgave opgenomen informatie. Voor de verklaring moet worden gebruikgemaakt van het door het ministerie verstrekte formulier van het model dat is opgenomen in bijlage 3 bij de Rfau WWIK.

De goedkeuringstolerantie is 1%. Indien de onjuistheden/onrechtmatigheden groter zijn dan 1%, dan mag geen goedkeurende accountantsverklaring worden afgegeven. In deze situatie wordt op het vervolgblad bij de accountantsverklaring de reden en de omvang van de fout (geëxtrapoleerd naar de massa) aangegeven.

3. Kostenopgave WWIK/SK&C

[Regeling vervallen per 01-01-2012]

Met betrekking tot de kostenopgave dienen de volgende taken te worden uitgevoerd:

vaststellen dat € 624,– per uitgebracht advies ten aanzien van wie in het kalenderjaar op verzoek van het college advies is uitgebracht, wordt gedeclareerd (artikel 3, tweede lid, van de Rfau WWIK);

vaststellen dat de advisering heeft plaatsgevonden op verzoek van het college, gelet op artikel 23, vijfde lid, jo. artikel 35 van de WWIK, waarbij de datum van het afgegeven advies in het verantwoordingsjaar is gelegen.

Naar boven