Besluit mandaat toepassing bestuursdwang ex artikel 93 Wet personenvervoer 2000 en [...] 1994 aan het regionaal politiekorps Amsterdam-Amstelland

Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 13-04-2002 t/m heden

Besluit mandaat toepassing bestuursdwang ex artikel 93 Wet personenvervoer 2000 en artikel 169, eerste lid, Wegenverkeerswet 1994 aan het regionaal politiekorps Amsterdam-Amstelland

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 93 van de Wet personenvervoer 2000, 169, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994,10:3 en 10:4 van de Algemene wet bestuursrecht;

Gelezen de schriftelijke instemming van de korpschef en de korpsbeheerder van het regionaal politiekorps Amsterdam-Amstelland d.d. 15 maart 2002, kenmerk AB 2002/3312;

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a. de minister:

de Minister van Verkeer en Waterstaat;

b. de korpschef:

de korpschef van het regionaal politiekorps Amsterdam-Amstelland.

Artikel 2

  • 2 De in het eerste lid bedoelde bevoegdheid omvat niet

    • a. het opleggen van een last onder dwangsom;

    • b. het beslissen op bezwaarschriften, ingediend tegen beschikkingen die op grond van de in het eerste lid verleende bevoegdheid gegeven zijn.

  • 3 De korpschef oefent de in het eerste lid bedoelde bevoegdheid uit met inachtneming van de door de minister vastgestelde Handhavinginstructie wet- en regelgeving taxivervoer van 10 april 2002, nr. IVW/HH/DV/PV02884.

  • 4 De korpschef oefent de in het eerste lid bedoelde bevoegdheid slechts uit voor zover het gaat om aangelegenheden die naar aard en inhoud niet van zodanig gewicht zijn dat zij behoren te worden afgedaan door de minister.

Artikel 3

  • 1 De in artikel 2 bedoelde bevoegdheid wordt eveneens gemandateerd aan de plaatsvervangend korpschef.

  • 2 De plaatsvervangend korpschef maakt van de in artikel 2 bedoelde bevoegdheid slechts gebruik bij afwezigheid van de korpschef.

Artikel 4

  • 1 De korpschef kan van de hem in artikel 2 van dit besluit bedoelde bevoegdheid schriftelijk ondermandaat verlenen aan een onder zijn verantwoordelijkheid ressorterende functionaris.

  • 2 Voor de verlening van het in het eerste lid bedoelde ondermandaat is schriftelijke goedkeuring vereist van de minister.

  • 3 Het in het eerste lid bedoelde ondermandaat wordt slechts uitgeoefend indien de situatie dermate spoedeisend is dat de beschikking met toepassing van artikel 5.24, zesde lid, van de Algemene wet bestuursrecht niet tevoren op schrift kan worden gesteld. Schriftelijke vastlegging van deze beschikking geschiedt overeenkomstig artikel 2 of artikel 3 van dit besluit door de korpschef of diens plaatsvervanger.

Artikel 5

De korpschef voert ten aanzien van de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheid regelmatig overleg met de minister.

Artikel 6

De korpschef voert bij de uitoefening van de hem toegekende bevoegdheid een ordentelijke en voor de minister transparante administratie. In dat kader verzendt hij afschriften van door hem gegeven beschikkingen aan de minister. Tevens verschaft hij de minister op diens verzoek alle inlichtingen die betrekking hebben op de uitoefening van de hem toegekende bevoegdheid.

Artikel 7

De korpschef signaleert tijdig problemen die zijn gerezen in het kader van de uitoefening van de aan hem gemandateerde bevoegdheid en maakt daarvan tijdig schriftelijk melding aan de minister.

Artikel 8

  • 1 De korpschef brengt in elk op grond van dit besluit gegeven beschikking tot uitdrukking dat deze is gegeven namens de minister van Verkeer en Waterstaat.

  • 2 Een beschikking als bedoeld in artikel 2 van dit besluit, vastgesteld door de korpschef, vermeldt aan het slot:

    • `DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

    • namens deze,

    • de korpschef van het regionaal politiekorps Amsterdam-Amstelland',

    • gevolgd door diens handtekening en diens naam.

  • 3 Een beschikking als bedoeld in artikel 3 van dit besluit, vastgesteld door de plaatsvervangend korpschef, vermeldt aan het slot:

    • `DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

    • namens deze,

    • de plaatsvervangend korpschef van het regionaal politiekorps Amsterdam-Amstelland',

    • gevolgd door diens handtekening en diens naam.

Artikel 9

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Artikel 10

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit mandaat toepassing bestuursdwang ex artikel 93 Wet personenvervoer 2000 en artikel 169, eerste lid, Wegenverkeerswet 1994 aan het regionaal politiekorps Amsterdam-Amstelland.

Dit besluit zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden gezonden aan de korpschef van het regionaal politiekorps Amsterdam-Amstelland.

De

Minister

van Verkeer en Waterstaat,

T. Netelenbos

Naar boven