Wet van 16 november 2001 tot vaststelling van regels voor overgangs-, en invoeringsrecht
voor de totstandkoming van de Wet arbeid en zorg (Invoeringswet arbeid en zorg)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is regels te stellen van
overgangs- en invoeringsrecht in verband met de inwerkingtreding van de Wet arbeid en zorg alsmede in verband hiermee enige wetten aan te passen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: