Wet uitbreiding Wet Milieubeheer (milieuverslaglegging)

Geraadpleegd op 29-03-2024.
Geldend van 01-01-2004 t/m heden

Wet van 10 april 1997 tot uitbreiding van de Wet milieubeheer (milieuverslaglegging)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het in verband met de wenselijkheid van een uniforme regeling van de milieuverslaglegging door bepaalde categorieën van bedrijven noodzakelijk is daarover bij wet regels te stellen en dat het wenselijk is daartoe de Wet milieubeheer uit te breiden;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL V

Een milieuverslag als bedoeld in artikel 12.2, eerste lid, van de Wet milieubeheer ten behoeve van het publiek en een milieuverslag als bedoeld in artikel 12.4, eerste lid, van die wet ten behoeve van een bestuursorgaan worden voor de eerste maal opgesteld over het verslagjaar 1998. Indien een bepaling, genoemd in de eerste volzin, later in werking treedt dan 1 juli 1997, wordt het betrokken milieuverslag voor de eerste maal opgesteld over het verslagjaar 1999.

ARTIKEL VI

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage, 10 april 1997

Beatrix

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Margaretha de Boer

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

A. Jorritsma-Lebbink

Uitgegeven de negenentwintigste april 1997

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

Naar boven