Samenloopbesluit kinderbijslag

[Regeling vervallen per 01-07-2014.]
Geraadpleegd op 28-03-2024.
Geldend van 20-12-2006 t/m 30-06-2014

Besluit van 20 december 1991 ter voorkoming van samenloop van kinderbijslag

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 27 november 1991 Directoraat-Generaal Sociale Zekerheid, Hoofdafdeling Volksverzekeringen en Pensioenen, nr. DGSZ/SV/T/91/5944;

Gelet op artikel 18, zesde lid, van de Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1990, 128);

De Raad van State gehoord (advies van 19 december 1991, nr. W12.91.0671);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van 19 december 1991, Directoraat-Generaal Sociale Zekerheid, nr. DGSZ/SV/T/91/6765;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

In dit besluit wordt verstaan onder de wet: de Algemene Kinderbijslagwet (Stb. 1990, 128).

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

Indien voor een kind, dat niet als eigen kind, aangehuwd kind of pleegkind behoort tot een huishouden, over eenzelfde tijdvak recht op kinderbijslag bestaat voor twee personen van wie één persoon krachtens overeenkomst of rechterlijke uitspraak verplicht is bijdragen te leveren voor levensonderhoud ten behoeve van dat kind, wordt de kinderbijslag, waarop laatstbedoeld persoon recht heeft, niet betaald.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

In afwijking van artikel 2 van dit besluit en van artikel 18, vierde lid, van de wet, wordt de kinderbijslag betaald aan degene die de hoogste bijdrage in het onderhoud van het kind levert indien:

  • a. voor een kind over eenzelfde tijdvak recht op kinderbijslag bestaat voor twee personen;

  • b. één van deze personen, tot wiens huishouden het kind niet behoort, krachtens overeenkomst of rechterlijke uitspraak, verplicht is bijdragen te leveren voor levensonderhoud ten behoeve van dat kind;

  • c. deze overeenkomst of uitspraak tot stand is gekomen vóór 1 januari 1982, en

  • d. deze overeenkomst of rechterlijke uitspraak geen bepaling bevat op grond waarvan de kinderbijslag waarop de laatstgenoemd persoon recht heeft, aan de andere persoon moet worden afgedragen.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

Indien voor een kind:

  • a. jonger dan 16 jaar dat hetzij door of in verband met het volgen van onderwijs of van een beroepsopleiding, hetzij door of in verband met ziekte of gebreken vermoedelijk het eerstkomende jaar niet als eigen kind, aangehuwd kind of pleegkind tot een huishouden zal behoren, of

  • b. van 16 jaar of ouder dat niet als eigen kind, aangehuwd kind of pleegkind tot een huishouden behoort,

recht bestaat op kinderbijslag voor twee of meer personen, in andere situaties dan bedoeld in artikel 18, tweede lid, van de wet, en in artikel 2, waarbij geen van die personen het kind grotendeels onderhoudt, wordt, in afwijking van artikel 18, vijfde lid, van de wet, de kinderbijslag betaald aan degene die de hoogste bijdrage in het onderhoud van het kind levert, alsmede aan degene die de op één na hoogste bijdrage in het onderhoud van dit kind levert. Aan andere personen wordt geen kinderbijslag betaald.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

Indien de samenloop, bedoeld in artikel 4, onderdeel b, betrekking heeft op een kind van 18 jaar of ouder, waarbij een persoon dit kind grotendeels onderhoudt en een ander persoon dit kind in belangrijke mate onderhoudt, wordt, in afwijking van artikel 18, vijfde lid, van de wet, de kinderbijslag aan elk van deze personen betaald.

Artikel 5a

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

  • 1 Indien twee personen op basis van een overeenkomst een kind overwegend in gelijke mate verzorgen en onderhouden, zonder met elkaar een gemeenschappelijke huishouding te voeren, wordt, tenzij in de overeenkomst anders is overeengekomen, de kinderbijslag waarop één van deze personen voor dit kind recht heeft, gelijk verdeeld betaald aan deze personen terwijl de kinderbijslag waarop de andere persoon recht heeft, niet wordt uitbetaald.

  • 2 Indien twee of meer personen recht hebben op kinderbijslag voor eenzelfde kind en niet duidelijk is tot wiens huishouden het kind behoort, wordt, tenzij duidelijk is wat deze personen daarover zijn overeengekomen, de kinderbijslag waarop één van deze personen voor dit kind recht heeft, gelijkelijk verdeeld over de huishoudens waartoe deze personen behoren en uitbetaald aan één persoon per huishouden terwijl de kinderbijslag waarop de andere personen recht hebben, niet wordt uitbetaald.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

Dit besluit kan worden aangehaald onder de titel "Samenloopbesluit kinderbijslag".

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

De algemene maatregel van bestuur van 19 februari 1982 (Stb. 67) wordt ingetrokken.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-07-2014]

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 1992.

Lasten en bevelen, dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.

's-Gravenhage, 20 december 1991

Beatrix

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

E. ter Veld

Uitgegeven de eenendertigste december 1991

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

Naar boven