Het specifiek interventiebeleid natuurwetgeving beschrijft, binnen de kaders van het
Algemeen Interventiebeleid NVWA 2024 (AIB), de klassenindeling van en interventies voor de beoordeling van specifieke
overtredingen van de wetgeving in het domein natuur.
De NVWA voert in het domein natuur allereerst inspecties uit om illegale handel in
beschermde dier- en plantensoorten en producten daarvan tegen te gaan en legale handel
te reguleren (onder andere CITES). De NVWA houdt ook toezicht op de handel en het
bezit van invasieve exoten genoemd op de Unielijst. Voor dit onderdeel van het domein
natuur heeft de NVWA uitsluitend een inspectietaak en geen interveniërende taak. Bestuurlijke
interventies vinden plaats door RVO.nl.
Daarnaast zijn er controles op de import van hout en houtproducten uit landen waarmee
de EU een Voluntary Partnership Agreement heeft afgesloten in het kader van Forest Law Enforcement, Governance and Trade (FLEGT), en op het op de markt brengen van hout, papier en pulp en houten meubels
in het kader van de EU-houtverordening.
Het natuurbeleid is in 2017 deels gedecentraliseerd van rijksoverheid naar de provincies.
De provincies, in bepaalde gevallen de gemeentes, geven vergunningen, verklaringen
van geen bezwaar en ontheffingen af ten aanzien van ruimtelijke ingrepen en handel
in bepaalde dier- en plantsoorten. In bepaalde specifieke gevallen is de rijksoverheid
het bevoegd gezag voor vergunningverlening en handhaving. In deze gevallen kan de
NVWA optreden.
Overtredingen die door de inspecteur/toezichthouder worden waargenomen en die niet
in deze beleidsregel zijn opgenomen, worden voorgelegd aan de Afdeling Expertise van
de Divisie Regie & Expertise van de Directie Handhaven teneinde een interventie te
bepalen.